Tafeletiquette: tips en missers

Tips voor de gastvrouw en/of -heer

1. Laat het op tijd weten dat je een diner geeft. Geef ook duidelijk aan van
   hoe laat en tot hoe laat het duurt, wat het precies inhoudt. Vraag naar
   dieetwensen.
2. Verdiep je in je gasten. Wat zijn zijn of haar hobby’s, van welke muziek
   houden ze. Dan kun je mensen met een gedeelde interesse naast elkaar zetten.
3. Zorg dat je het diner al een keer hebt gekookt, zodat je weet dat het
   succesvol is.
4. Het hoeft niet duur te zijn. Gebruik gerust spullen uit je eigen kamer om
   neer te zetten op tafel. Of pluk iets uit de tuin.
5. De muziek moet hoorbaar zijn, maar niet overtreffend.
6. Zorg ervoor dat je een uur van te voren klaar zit om je gasten te ontvangen.
7. Pak cadeaus op discrete wijze uit, in aanwezigheid van degene die het geeft,
   maar niet in het bijzijn van de andere gasten.
8. Laat je gasten roken als ze dat willen, je kunt niet zeggen: ik ben tegen
   roken. Als je wilt dat ze buiten roken, zoek daar een mooi moment voor uit.
9. Begin vanuit het midden met tafeldekken, daarna kun je er namelijk niet meer
   bij.
10. Blijf in stijl, ook qua kleding, dus geen casual diner met een chique jurk.

Tips voor de gasten

1. Kom nooit te laat, maar ook niet te vroeg.
2. Stuur van te voren bloemen, zodat de gastvrouw die niet op de avond zelf in
   een vaas hoeft te doen.
3. Houd je aan de dress code. Denk niet: ik trek aan wat ik wil.
4. Als je heftig moet niezen, loop dan even weg van tafel. Je neus snuiten doe
   je ook buiten zicht.
5. Ga liever niet naar het toilet, maar als je echt moet, ga dan tussen twee
   gangen door, nooit tijdens het eten.
6. Houd een glas vast bij de steel en dep eerst je mond voordat je een slok
   neemt.
7. Houd bij kleding en make-up rekening met je leeftijd: dus geen parelmoer
   hoogglans oogschaduw als je rimpels hebt.
8. Geef de gastvrouw en/of – heer complimenten over het eten.
9. Praat niet over politiek, godsdienst of seks. Liever over de vakantie of
   paardrijden.
10. Praat nooit met volle mond. Neem daarom kleine hapjes zodat je snel kunt
    reageren.

Missers:

• Elkaar vertellen hoe het hoort. Blijf hoffelijk, ook als gast.
• Geen complimenten geven als gast. Of als gastheer of – vrouw complimenten
  die je krijg gelijk afzwakken: ‘O, maar het was maar goedkoop’ of ‘Ik dat even
  snel gemaakt’.
• Te laat komen. Als gastheer – of vrouw mag je er daarentegen niets van
  zeggen als het toch gebeurt.
• Sneller eten dan de gastheer of –vrouw. Pas als zij klaar zijn, ben jij dat
  ook.
• Mopperen over je plek.
• Voor cadeaus geldt: je mag een gegeven paard niet in de bek kijken. Dus
  nooit: ‘Dit heb ik al’, of: ‘Dit vind ik niet mooi’.